Week 4
Nynashamn
is een prima stad om boodschappen te doen en je opstappers op te halen of af te
zetten op de trein. Het station is namelijk nog geen 200 meter van de
jachthaven verwijderd. Daarmee heeft het wel wat weg van Enkhuizen, waar je ook
ongeveer aan het treinperron aanlegt met je boot. En daar houdt de vergelijking
wel op, want voor de rest is Nynashamn een totaal niet inspirererend plaatsje.
Tijd om verder te gaan naar Stockholm.
Onderweg
wordt het weer niet beter en daarom besluiten we te stoppen in Dalero, een
klein luxe badplaatsje dat ooit begon als douanepost voor de toegang naar
Stockholm. Het douanegebouw heeft nu een tentoonstelling over de diverse
scheepswrakken die rond Dalero liggen. We worden door een aardige meneer
uitgebreid geinformeerd. Zijn engels is niet goed verstaanbaar, en dat komt
omdat hij van Chileense afkomst is. Een Chileen in Zweden, net als onze jongens
tegen ze moeten voetballen. Dat moet wel een voorteken zijn. En inderdaad!
De dag
erna varen we door naar Stockholm. De scherenkust is sowieso prachtig om
doorheen te varen, en al helemaal als het droog is. En omdat het een stuk
ruimer opgezet is dan de scheren bij Vastervik, vaart Siets hier ook een stuk
relaxter rond. Via een sluipdoorkruipdoor route varen we naar een kleine
verenigingshaven vrijwel middenin de stad. Als Stockholm nog niet op je
putslijst staat om te bezoeken: nu er op zetten!
De stad heeft teveel musea om
te bezoeken in de paar dagen dat we er zijn, en heeft een prima sfeer. Absoluut
hoogtepunt was toch wel de Wasa, een oorlogsschip uit 1628 dat ruim drie eeuwen
in de modder van Stockholms wateren bewaard is gebleven. Normaal krijgen we na
drie dagen al havenrot, nu nemen we met pijn in het hart afscheid.
We vervolgen onze reis naar
Vaxholm en zien Nederland op zijn reet af winnen van Mexico. Die hadden we al
tegen Brazilie zien spelen en waren we toen wel van onder de indruk. De dagen
erna varen we richting het noordoosten, door de Stockholm archipel naar Arholma.
Het lijkt ons een perfect gebied om een week met een motorbootje doorheen te
scharrelen. Indrukwekkend.
Arholma geeft me een beetje een
outpost gevoel, alsof er achter de horizon alleen nog maar wildernis is. Dat is
natuurlijk niet zo, maar het eiland is wel prettig onaangeharkt. Zo zijn er
geen verharde wegen, en hebben ze het concept van herkaveling totaal niet
meegekregen. Gelukkig maar. De toiletten zijn allemaal droogtoiletten en heten TC in plaats van WC. Er komt geen water aan te pas. Dat is weer
wel zo met de bastu, oftewel de sauna. Zelf hout hakken en dan een uurtje
zweten, afgewisseld met afkoelen in de ijskoude zee. Die bereik je via een
trapje door de wildernis naar de wal. Fantastisch! Siets is gelijk verslingerd.
En dan is het tijd om over te
steken naar Aland. We hebben er een apart gastenvlaggetje voor gekocht omdat de
streek sinds 1921 onafhankelijk is. Daar zijn ze zelf maar wat trots op. Met het bereiken van het plaatsje Mariehamn bereiken we (zo denken we) het noordelijkste punt van onze reis: 60°06'NB. Goed gedaan, ouwe!
Wat opvalt zijn de ruim
opgezette straten en houten huizen, en de vele oudere auto’s. Het aantal dikke
leasebakken is letterlijk op één hand te tellen. Verfrissend. De bierprijs is
dat dan weer niet, eerder ontnuchterend. Nou ja, er ligt nog genoeg bavaria aan
boord om het vol te houden tot Estland. Wij plannen de route in voor de komende
week, die ons door de scheren van Aland gaat voeren.
Dan de huiskamervraag:
In Stockholm bezochten we oa het
museumlichtschip Finngrundet. Je kon daar ook in het licht klimmen via een
trap. Hoeveel treden heeft die trap? Om het makkelijker te maken (er wordt niet
veel gereageerd, zijn de vragen te moeilijk?) is dit een multiple choice:
a. 31
treden
b. 32
treden
c. 33
treden
d. 34
treden
Antwoorden mogen tot uiterlijk
10 juli ingeleverd worden. Prijs is natuurlijk weer zo’n unieke “Folie vaart de
Hanse 2014” mok.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten